Nationale Herdenkingstoespraak 2022

van Femke Halsema, burgemeester van Amsterdam

Femke Halsema, burgemeester van Amsterdam, tijdens haar toespraak op de Dam. Foto: Marco De Swart. Foto: Marco De Swart

Een man buigt zich over een vrouw die levenloos op straat ligt. Om hem heen rokende puinhopen, koortsachtig werkende hulpdiensten, mensen die verdwaasd om zich heen kijken en onder de witte lakens dode lichamen. Het zijn oude foto’s, maar het beeld is actueel.

Hier vlakbij verwoestte een bom de hoek van de Blauwburgwal en de Herengracht. En 44 levens. ‘Het is alsof de stad kermt,’ schreef een Amsterdamse vrouw die net daarvoor het luchtalarm hoorde. Het was 11 mei 1940. Een tragische dag. Toch was de bom in Amsterdam een voorbode. Drie dagen later werd Rotterdam getroffen door het zwaarste bombardement in de Nederlandse geschiedenis. De nazi’s kwamen op die dag dichterbij hun doelen: de macht in Europa te veroveren en een volkerenmoord te plegen die wij nog altijd niet kunnen bevatten.

Op 14 mei 1940 verloren de Rotterdammers honderden stadsgenoten. Een trotse havenstad verloor haar eeuwenoude hart. Nederland verloor zijn vrijheid, zijn democratie en zijn rechtsstaat. Overlevenden van de Tweede Wereldoorlog, mensen die van elders voor bommen zijn gevlucht, militairen die voor vrede en veiligheid hun leven riskeren: nu er weer oorlog is op ons continent, komen bij veel mensen herinneringen terug. Aan marteling, onderdrukking, aan het sterven van geliefden. De pijn die nooit echt weg was, laat zich hevig voelen.

Samen herdenken biedt troost. Hier, bij dit symbool van nationale eenheid en bij de talloze gedenkstenen en monumenten op andere plekken in ons land. Eén van de meest indrukwekkende oorlogsmonumenten staat niet voor niets in Rotterdam. Het heet De Verwoeste Stad. Het herinnert aan het lijden van een stad die – in de woorden van de kunstenaar – juist ‘wilde bloeien als een woud.’ De gestalte heft zijn handen naar de hemel. Een groot gat in zijn lichaam schreeuwt het uit. Maar het is ook een monument van verlangen en wilskracht. Het laat ons zien hoe de Maasstad en heel Nederland zouden herrijzen: modern, vrij en reikend naar de sterren.

De overlevenden bouwden op de nagedachtenis aan de doden. ‘Het is alsof de stad kermt.’ Het klinkt – ook nu – door uit het verleden. Het klinkt door uit de steden, hier niet zo ver vandaan. En het spoort ons aan om wilskracht te tonen. De kracht om waar verdriet is, troost te bieden. Om wat verwoest wordt weer op te bouwen. En om wie wij verloren hebben, nooit te vergeten.

Koningin Máxima en Koning Willem-Alexander openen het defilé. Foto: Marco De Swart. Foto: Marco De Swart